Bij de presentatie van de concrete invulling van het Excellente Opleidingsbedrijf tijdens de vorige algemene ledenvergadering van de vakgroep opleidingsbedrijven waren er vragen over het nut van de nen4400 en of het ook het juiste instrument was voor wat we ermee willen bereiken. Naar aanleiding van deze vragen hebben we toen een extra bijeenkomst georganiseerd over de nen4400. Hierin hebben we afgesproken te komen tot een praktische oplossing voor de bezwaren die er zijn voor de verplichting tot invoering van de nen4400 als onderdeel van de Excellente Opleidingsbedrijf .
Ambities bij nen4400
Wij willen de nen4400 inzetten als instrument bij het Excellente Opleidingsbedrijf vanuit de volgende ambities:
- We willen een instrument om te kunnen aantonen dat opleidingsbedrijven arbeidsvoorwaardelijk en met betrekking tot de cao netjes met leerlingen omgaan. Dit willen we omdat we het merk Excellente Opleidingsbedrijf waar we veel in investeren willen beschermen.
- We willen invloed kunnen uitoefenen op een gelijker speelveld in de sector. Hierbij kan NEN4400 een rol spelen als het aangevuld wordt met een sectorprotocol die voorschrijft ook te toetsen op een aantal belangrijke onderdelen uit de cao die het voor een groot deel het gelijk speelveld bepalen.
Praktijk
De NEN4400 is nu nog niet het instrument wat voldoet aan onze wensen. Wel geeft het nu een dekking richting jullie aannemers voor de WKA. Pas als er een sectorprotocol van toepassing is, toets het ook op het netjes toepassen van de cao.
In de vakgroep is er bij sommigen weerstand tegen de NEN4400 vanwege;
- de hoge kosten,
- dat voor elke werkmaatschappij een aparte NEN aangevraagd moet worden,
- dat het nu nog niet toetst wat het zou moeten toetsen
- dat sommigen in hun uitzendbureau al een NEN hebben en dit niet dubbel willen doen.
Voorgestelde oplossing
We voeren de NEN4400 in drie trappen in:
Trap 1:
In trap 1 voldoet een opleidingsbedrijf aan een van de volgende 4 opties:
A Het opleidingsbedrijf voert de nen4400 in.
B Het opleidingsbedrijf heeft een nen4400 in een andere werkmaatschappij en toont aan dat het opleidingsbedrijf dezelfde administratieve procedures toepast op alle werkmaatschappijen.
C Het opleidingsbedrijf overlegt een accountantsverklaring dat ze netjes de cao toepassen.
D Het opleidingsbedrijf overlegt een verklaring van het SCAB of AABO dat het opleidingsbedrijf netjes de cao toepast.
Hierbij werken wij vanuit de vakgroep en Bouwend Nederland eraan dat handhaving van de bouwcao op de agenda komt van de SNA en dat er een sectorprotocol komt.
Trap 2:
Trap 2 gaat in zodra er een sectorprotocol is. Op dit moment kunnen we niet inschatten hoelang het duurt voor we dit kunnen realiseren. We zijn hierover in gesprek met Bouwend Nederland en Cicero:
Stelregel in trap 2: Iedereen heeft een NEN4400 plus. We bepalen nog hoe we dit gaan organiseren voor opleidingsbedrijven met meerdere werkmaatschappijen.
Trap 3:
Alle opleidingsbedrijven zijn VCO (Veiligheids Certificaat Opleiders) gecertificeerd